De goedheilig man (altijd gedacht dat dat één woord is!) zit weer lekker in de Spaanse zon en de Kerstman is op de Noordpool alweer druk bezig om zijn rendieren in vorm te krijgen. (Ook leuk, de omschrijving van Kerstman in de Grote Van Dale: ‘kleine oude man met lange baard in rode, besneeuwde mantel’. Vooral dat laatste detail boeit me mateloos. Wie heeft dat toegevoegd? En vooral: waarom? Maar laat ik niet te ver afdrijven.)
Wat ik maar wil zeggen, is dat december cadeaumaand is. Althans, dat was het. Nu lees ik steeds vaker kado en zelfs cado. Kado levert maar liefst 41.700.000 resultaten op in Google en cado 8.420.000. Bij navraag blijkt dat veel mensen denken dat kado ooit een toegelaten spellingvariant was, maar nee, cadeau is altijd de enige juiste spelling geweest. Edoch, taal is nu eenmaal in verandering en luiheid is een aanzienlijke factor in dat veranderingsproces, dus kado wordt in het Witte Boekje als informele variant toegestaan.
Persoonlijk vind ik cadeau (meervoud cadeaus, zonder apostrof) te mooi om niet in stand te houden, maar kennelijk heeft mijn linkerhersenhelft de twee spellingvarianten al geaccepteerd. Toen ik laatst langs de snelweg de aankondiging ‘CADO over 2 km’ zag, resulteerde dat direct in een staat van blijde anticipatie. Reikhalzend en met gevaar voor medeweggebruikers keek ik uit naar een pakketje met mijn naam erop. Maar helaas, het bleek een ‘calamiteiten doorsteek’. Een harde les.